Mattheüs de evangelist staat stil bij de positie van de derde dienaar, de enige van de drie die slechte gedachten over de meester uitte. Het verbeeldt: wreedheid, machtsmisbruik en meedogenloosheid. Een beeld dat zo afschuwelijk is dat het de dienaar in beroering brengt tijdens de afwezigheid van zijn heer waardoor hij zich passief en onverantwoordelijk gedraagt. Het verschil in positie ten opzichte van de eerste twee servo’s is heel duidelijk. De eerste twee tonen zich energiek, initiatiefrijk, capabel en bereid om het in hen gestelde vertrouwen waar te maken. Ze nemen risico’s, maar hebben een genereus en betrouwbaar beeld van hun meester, waardoor ze volledig vrij rondlopen. Zo groeien en vermenigvuldigen ze wat hun is toevertrouwd. Het is de volledige realisatie van hun potentieel en hiervoor toont de meester zijn gunst en beloont hij hen.
De derde dienaar daarentegen verbergt zich roerloos, zichzelf wijsmakend dat hij ermee weg kan komen, maar een berisping van zijn meester wacht hem. Een droevig leven, dat van de derde bediende, gekweld door paranoia en het vertekende en valse beeld van anderen. Onverantwoordelijk laat hij zijn ongegronde angst zijn zelfvertrouwen en zijn talent doden.
In deze gelijkenis wil Jezus ons uit de logica van de angst halen. Hij wil dat we een perspectief van vertrouwen en liefde binnengaan zonder berekeningen en zonder angst. Er is geen angst in de liefde. In de liefde kun je risico’s nemen, want als er liefde is, kun je ook vergeven.
Waar creativiteit en liefde is, daar is God.