De vrouwen gaan richting het graf. Onderweg komen ze één probleem (één obstakel) tegen dat hen ongerust maakt: de steen van het graf. Ze weten nog steeds niet hoe goed andere stenen verwijderd zullen worden (de steen van angst, de steen van egoïsme, de steen van wreedheid…)
Ze vinden het graf open! Op de plaats van het lichaam van Jezus vinden de vrouwen een engel die hen zegt: “Schrikt niet, Gij zoekt Jezus de Nazarener, die gekruisigd is. Hij is verrezen. Hij is niet hier.” (Markus 16.6)
Dit is geweldig nieuws! Wij zijn discipelen van de levende God. Wij zijn discipelen van God die zijn graf met liefde heeft geopend. We zijn niet langer slaven van de dood, we zijn niet langer gevangenen zonder ontsnapping. Jezus is opgestaan! Jezus leeft! Hoe mooi zou het zijn als deze vreugde werkelijk onze vieringen, ons dagelijks leven, onze bijeenkomsten zou vullen. Soms is het genoeg dat iemand ons op straat lastigvalt terwijl we autorijden, opzettelijk of onopzettelijk, om te vergeten dat we kinderen van de Verrijzenis zijn.
Broeders en zusters, vergeet niet dat we discipelen zijn van de levende God !